13. Reisdag naar Ål

Al na twee nachten verlieten we Oppdal en zakten we weer wat zuidelijker af, richting Ål. De reis ging via de weg 51 door Jotunheimen. Die weg hadden we vorig jaar ook al eens gereden en herhaling was zeker de moeite waard. Het plan was om daar ergens op een mooie plek te stoppen voor de lunch. Helaas maakte de omstandigheden een eerdere stop noodzakelijk: Daantje werd autoziek. En dus stopten we op zo ongeveer de lelijkste plek op de route van die dag: op een soort van verwaarloosde camperplaats, waar ook vaste, maar verlaten, caravans stonden. Onderweg stopten we nog wel even voor wat foto’s.

Uiteindelijk reden we bij Gol de 7 op langs de Hallingdalselva. Hier bevonden zich veel campings en reden er ineens heel veel touringbussen. Het leek een stukje toeristisch Noorwegen dat we nog niet kenden. Heel enthousiast raakten we er niet van. Gelukkig konden we voor ons laatste onderkomen de 7 verlaten en slingerden we via een haarspeldbochten-weg omhoog… en omhoog…. En omhoog… Er kwam geen einde aan. Er kwam wel een einde aan het asfalt en we gingen een slecht pad op. Dat steeds smaller werd en de wereld steeds minder bewoond. We deden er bijna 25 minuten over om bij ons laatste berghutje te komen! Heel hoog in de bergen, verlaten van alles en iedereen, aan het einde van een doodlopend pad. En met een eigen privé-meer voor de deur. Adembenemend. Jasper en ik wierpen er ’s avonds een hengeltje uit, maar zonder succes. Uiteindelijk hebben we er, na een week proberen met diverse soorten aas (blinkertje, mais, wormen), niet één keer iets gevangen.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *